Voor veel mensen is de vlinderstruik de vlinderlokker bij uitstek, maar in mijn tuin moet de Buddleja op dat punt absoluut het onderspit delven ten opzichte van het koninginnenkruid (Eupatorium cannabinum).
Waarschijnlijk heeft het feit dat mijn Buddleja’s op een minder zonnig plekje staan dan het koninginnenkruid, daar wel wat mee te maken, al hoorde ik toch nog andere mensen beamen dat ook in hun tuin de vlinders het koninginnekruid verkiezen boven de vlinderstruik.
Maar ik geef toe dat ook ik een aantal vlinders gemakkelijker aantref op de Buddleja: dagpauwogen (Inachis io) bijvoorbeeld, zijn wat dat betreft behoorlijk selectief, en ook de Atalanta (Vanessa atalanta) en de distelvlinder (Vanessa cardui) lijkt vaker op de vlinderstruik te zitten. Ik zag dit jaar nog maar één keer een kleine vos (Aglais urticae) , en jawel, dat was op de Buddleja.
Maar de oranje en de bruine zandoogjes (Pyronia tithonus en Maniola jurtina), en ook de landkaartjes (Araschnia levana), die zie ik hoofdzakelijk op het koninginnenkruid en op de wilde marjolein. De gehakkelde Aurelia (wat heb ik dat altijd een heerlijke naam gevonden)(Polygonia c-album) lijkt zijn tijd wat te verdelen, die zwerft overal rond.
Blauwtjes zie ik dit jaar ook regelmatig. Het boomblauwtje (Celastrina argiolus) heb ik stilzittend alleen op het koninginnenkruid aangetroffen (het icarusblauwtje (Polyommatus icarus) daarentegen, is een geval apart – daarover later deze week meer).
Op datzelfde koninginnenkruid (maar in even grote getale op de betonie die er vlakbij staat) zitten ook massa’s bruine vlindertjes, die zo zenuwachtig bewegen dat ik ze nauwelijks scherp op de foto krijg, en het heeft dan ook een tijdje geduurd voor ik wist welke beestjes ik voor me had. De uiteindelijke foto’s zijn nog steeds geen grote kunst, maar in elk geval voldoende om er met enige mate van ze.kerheid een gamma-uiltje (Autographa gamma) in te vermoeden (zie laatste foto bij dit bericht).
Vrijdag werd het koninginnenkruid zo druk bezocht, dat ik nog nauwelijks een foto kon maken, waar maar één vlinder op te zien was…
Meetingpoint on Hemp Agrimony
Many people seem to consider the Buddleja als the best butterfly-plant (hence it’s name ‘vlinderstruik‘, butterfly-shrub, in Dutch), but in my garden
the Hemp Agrimony (Eupatorium cannabinum) is doing a better job when it comes to attracking butterflies.
Probably that’s because my Buddleja’s are on a less sunny spot than the Hemp Agrimony, but other people confirmed me that in their garden too, butterflies seems to prefer the latter.
OK, I do admit that there are some butterflies that I seldom see on Hemp Agrimony, although they are aften found on the Buddleja. The first that comes into mind is the European peacock butterfly (Inachis io). Yesterday there were several on the Buddleja, and only one found the Hemp Agrimony palatable, and only for a short while.
Also the Red admiral (Vanessa atalanta) and the Painted lady (Vanessa cardui) seem to have a slight preference for the Buddleja.
Although there seem to be many butterflies this year, I saw a small tortoiseshell (Aglais urticae) only once, and yes, it was on the Buddleja.
But all those gatekeepers and meadow browns, and the maps too, seem to concentrate around the Hemp Agrimony and the Wild Majoram. The comma (called ‘gehakkelde Aurelia‘, ragged Aurelia in Dutch) is rambling around, I see it everywhere.
I have seen some blues this year. The Holly blue (Celastrina argiolus) is often feeding on the Hemp Agrimony. (I will tell more about the Common blue (Polyommatus icarus) later this week, as it seems to prefer totally different flowers…)
And then there were those nervous brown butterflies. There are always lots of them on the Hemp Agrimony and the nearby Wood Betony, but I wasn’t able to make a really good picture. My best attempt is seen above this paragraph. I’m not sure, but I think it is a Silver Y (Autographa gamma).
Last friday the butterflies were so buzy around my Hemp Agrimony, that on a certain moment it seemed impossible to make a picture with only one insect on it…
De gehakkelde Aurelia, alleen de naam al brengt je in zomerse sferen, ook bij mij zitten op de vlinderstruik, je bovengenoemde vlinders. Het Koninginnenkruid is dit jaar iets minder in trek, dit door toedoen van een slakkenplaag. De slakken hebben de meeste toppen uit het Koninginnenkruid gesmikkeld en heb ik hoofdzakelijk staken met een paar blaadjes.
Grappig hoe je als vaste bezoekers van de buddleja de atalanta, dagpauwoog en distelvlinder noemt, Dat zijn precies de vlinders die ik in mijn tuin heb gezien.
Dit jaar heb ik weinig ijzerhard, daar houden vlinders ook wel van.
Het koninginnenkruid stond hoog op mijn verlanglijstje maar is in geen tuincentrum hier te krijgen. Misschien moet ik toch maar eens een stekje in het wild vergaren..
Ik moet je helemaal gelijk geven. Vlinders zijn heel selectief in de struiken en bloemen waar ze op gaan zitten.
Door een recente migratie van dit blog naar een andere server gingen alvast een tweetal (en wellicht ook andere) reactie verloren.
Eén daarvan was die van boer Thomas, die de indruk had dat in zijn tuin de zandoogjes een voorkeur hadden voor witte bloemen – en ik reageerde hier weer op dat dat hier alvast niet het geval lijkt te zijn…
Wetenschapper Hans Van Dyck vertelde tijdens een symposium dat witte planten belangrijk zijn voor vlinders.
Ik kan me niet meer herinneren of die kleur belangrijk was om de vlinders aan te lokken naar de plant of dat vlinders liefst opeenvolgende witte planten volgen als route om te fourageren en/of te migreren.
In de tuin van een kennis staan een witte en een purperkleurige vlinderstruik. De purperkleurige krijgt veel meer bezoek van dagvlinders volgens mijn kennis.
Bedankt boomgeest, nu ik een naam heb kan ik wat verder op zoek gaan.
Tot nu toe vond ik alleen een onderzoek naar de kleurenvoorkeur van het klein geaderd witje (Flower constancy and learning in foraging preferences of the green-veined white butterfly, Pieris napi in Ecological Entomology, Vol 18, 4, p315-320), en dat onderzoek concludeerde (onder andere) “When nectar was freely available from all flowers, equal numbers of butterflies visited each colour, but individual butterflies exhibited flower constancy, showing a strong preference for one colour or the other.”
Wat ik me net ook weer herinner van Hans Van Dijck’s uitleg is dat wit een betrekkelijke hoeveelheid ultraviolet zonlicht weerkaatst waarop de vlinders zich oriënteren.
Zoekterm: Butterflies Navigate Using Map of UV Light
Eindelijk. Iemand die net hetzelfde ervaart als mezelf. Vlinderstruik, oregano, … , ze moeten het allemaal afleggen tegen de Eupatorium alhier. En ’t maakt niet uit of dat dan de inheemse (E. cannabinum of E. maculatum is). Alleen Verbena bonariensis doet het nog beter (vooral bij koolwitjes, die zie ik amper op Eupatorium)